Ik had in geen jaren meer gesolliciteerd. Serieus, ik wist niet eens meer hoe het tegenwoordig ging. “Moet ik me dan verkopen tijdens een sollicitatiegesprek? Of gaat het vooral om goede vragen stellen? Wat als ik een black-out krijg?” Mijn hoofd draaide overuren nog voordat ik überhaupt iets had verstuurd.
Gelukkig was daar een vriend — iemand die het proces van beide kanten kent. Als kandidaat én als manager. En ja hoor, hij speelde de rol van ‘die irritante manager’ met verve.
“Waarom heb je gesolliciteerd op deze functie?”
“Waarom wil je weg bij je huidige baan?”
“Wat maakt jou geschikt, denk je zelf?”
Ik zuchtte. Vond het ongemakkelijk. Maar het hielp me ook om helder te krijgen wat ik voelde.
Wat ik belangrijk vond. En waarom deze stap, hoe spannend ook, klopte.
Zenuwen, ja. Maar ik bleef… opmerkelijk rustig.
Wat ik totaal niet had verwacht, was dat ik ondanks alle zenuwen — best oké bleef.
Ja, ik was gespannen. Ja, ik wilde het goed doen. Maar ik bleef bij mezelf. Ik had niet het gevoel dat ik een toneelstukje speelde. En dat was nieuw. Ik was gewoon… ik.
Ambivert. Serieus, geïnteresseerd. Soms zoekend naar woorden. Soms juist heel helder.
Maar altijd oprecht.
Na het sollicitatiegesprek kwam de storm
Pas na het sollicitatiegesprek begon het vaak echt te malen. Dan lag ik in bed met twijfels.
Had ik dit of dat beter moeten zeggen? Was ik niet te enthousiast? Of juist te terughoudend?
Slaap en rust waren dan ver te zoeken. Mijn hoofd wil graag alles analyseren. Alle signalen wegen. De sfeer terughalen. Wat voelde ik? Was het echt een klik — of hoopte ik dat maar?
En toen… drie keer ‘ja’
Wat ik totaal niet had zien aankomen, was dat álle drie de bedrijven waarmee ik sprak me graag wilden hebben. Alle drie. En dat terwijl ik uit een heel andere branche kom.
Ik had mezelf verteld dat ik misschien niet ‘geschikt’ genoeg zou zijn. Niet ervaren genoeg. Niet overtuigend genoeg. Maar dat bleek dus allemaal niet waar.
Wat wél bleek: ik had mooie, oprechte gesprekken gevoerd. Gesprekken waarin ik luisterde, vroeg, reflecteerde. Gesprekken waarin ik mezelf was — mét zenuwen, mét twijfels, maar ook met aandacht en nieuwsgierigheid.
Buiten mijn oude wereld stappen
Omdat ik buiten mijn eigen branche ga werken, voelde het extra spannend.
Alsof ik een stuk van mijn oude identiteit moest loslaten, en nog niet wist wat ervoor in de plaats zou komen.
Wat wil ik eigenlijk echt? Waar word ik gelukkig van?
Het zijn geen makkelijke vragen — zeker niet als je voelt dat er meer speelt dan alleen een functieomschrijving.
Maar ik voel ook: ik mag deze vragen stellen. Ik hoef het niet allemaal zeker te weten.
Ik mag leren. Twijfelen. Ontdekken. En kiezen vanuit mezelf.
De kracht die ik bijna vergat
Als HSP’er voel ik veel. En soms dacht ik dat dat me in de weg zou staan in dit soort processen.
Maar misschien is juist dat voelen — het open, eerlijke aanwezig zijn — wat maakt dat gesprekken écht worden.
Dat mensen mij zien. En ik hen.
Dat is de kracht die ik bijna vergeten was.
Volgende keer…
In deel 3 neem ik je mee in de kleine dingen die me helpen om rust te vinden in de onrust. Praktische tips die ervoor zorgen dat ik mezelf niet kwijtraak in het proces — en misschien helpen ze jou ook.
Tot dan. En als jij ook midden in een verandering zit: je hoeft niet alles te weten.
Je hoeft alleen trouw te blijven aan jezelf.
Image by Gerd Altmann from Pixabay